Home » Methoden » Overige methoden » Mijn boek

Mijn boek

´s Heerenloo Lozenoord

In mijn Boek wordt vastgelegd hoe iemand wil dat er met hem gecommuniceerd wordt. Het gaat om EMB-cliënten die zich niet duidelijk kunnen maken zonder specifieke ondersteuning. ‘Mijn boek’ bestaat uit twee gedeelten. Een ‘Zo ben ik’ en een ‘Zo wil ik ondersteund worden’.
‘Zo ben ik’ wordt gemaakt in het competentiecentrum van ´s Heerenloo en is te vergelijken met het persoonsbeeld uit het ondersteuningsprogramma van Vlaskamp.
‘Zo wil ik ondersteund worden’ is te vergelijken met de handelingsregels uit het ondersteuningsprogramma, ondersteund met foto’s. Dit onderdeel van ‘Mijn boek’ is nooit af.
Werkwijze: Alle betrokkenen komen bij elkaar,  in overleg wordt bepaald welke momenten belangrijk zijn. Deze worden vastgelegd op video en daarna in de totale groep besproken. Een selectie van beelden (foto’s) wordt gebruikt om het gedeelte ‘Zo wil ik ondersteund worden’ in te vullen.
De ‘quick scan’ wordt gebruikt en de LAS wordt gehanteerd.
Voorafgaand aan toepassing van ‘Mijn boek’ wordt er drie dagen geschoold en één terugkomdag gepland. De persoonlijk begeleider is verantwoordelijk voor een goed verloop van het proces. De gedragskundige is daarin ondersteunend.

Mensen die voor hun cliënt gewerkt hebben met deze methode rapporteren dat zij:

  • een andere kijk hebben gekregen op de persoon
  • er is meer nuance in de manier van kijken
  • ouders zijn meestal diep onder de indruk van de aandacht en zorg voor hun kind
  • vanuit een ziekenhuisopname werd gerapporteerd,d at de verpleegkundigen het een stuk gemakkelijker vonden de patiënt te verzorgen
  • Inzicht in de communicatieve uitingen van de cliënt en handvatten om daar mee om te gaan, waardoor er minder sprake zal zijn van handelingsverlegenheid
  • Voor de cliënt wordt verwacht dat er een toename is in de kwaliteit van leven.

Theoretisch kader: voor de orthopedagogische theorie is dat het werk van Vlaskamp met betrekking tot het ondersteuningsprogramma. Het gaat hier om vorm en inhoud te geven aan het relationele uitgangspunt van dat programma.
Voor het communicatieve gedeelte (manier van kijken, uit elkaar halen van gedrag en interpretatie) is dat ‘Verstaanbaar maken’ van Roemer en Van Dam.